Hermann Kurt Hirschfeldt, Eemstraat 32
Hermann Kurt werd geboren op 1 augustus 1878 in Culmsee (het tegenwoordige Poolse Chelmza). Met zijn broer had hij een groot bedrijf voor houtbewerking. Zo groot, dat ze een eigen spoorlijn naar de fabriek lieten aanleggen. De broers kregen de bijnaam “Holzkönige von der Spree”. Zoals zo velen in dit gedenkboekje kwam ook Hermann Kurt uiteindelijk na de Kristallnacht (november 1938) voor zijn veiligheid naar Nederland. Op 31 maart 1941 werd hij ingeschreven in Baarn. Hij trouwde op 12 december 1929 in Berlijn met Betty Zahn. Voor zover bekend woonde hij zonder familie in Baarn.
Volgens het Baarnse register verhuisde Hermann Kurt naar Amsterdam. Dat zal niet vrijwillig, maar op last van de bezetter zijn gebeurd. Hij werdt op 18 mei 1943 in Westerbork ingeschreven, waar hij een jaar bleef. Dat is ongewoon lang, want Westerbork was voornamelijk een doorgangskamp.
Op 15 mei 1944 werd hij naar Bergen- Belsen gevoerd. Het is aannemelijk dat hij in één van de werkkampen werd geplaatst, want hij overleed pas een jaar na aankomst in Bergen-Belsen op 24 mei 1945. Het digitale register van Oorlogsgravenstichting geeft de volgende informatie:
http://srs.ogs.nl/slachtoffer/64156/hermann-kurt-israel-hirschfeldt
Hermann Kurt Israel Hirschfeldt; Conc. kamp Bergen-Belsen te Bergen-Belsen Datum: 24 mei 1945.
Er kan niet met zekerheid worden vastgesteld of dit de exacte datum is. Na de bevrijding is waarschijnlijk een maand later een verzamellijst gemaakt. Het is aannemelijk dat Hermann Kurt hij bij de bevrijding van het kamp op 15 april 1945 reeds met één been in het graf stond en later alsnog op 24 mei is overleden.
Gedenkteken voor het voormalige concentratiekamp Bergen-Belsen
Het kamp Bergen-Belsen op de Lünenburger Heide bij Hannover werd op 15 april 1945 door de Britten bevrijd. Dat was geen bevrijdingsfeest, want de gevangenen lagen meer dood dan levend in de barakken. Kapitein William Roach beschreef het kamp als volgt: “Er was geen geluid of teken van leven. De gevangenen glimlachten zelfs niet, ze lagen daar en staarden ons aan. En de meesten van ons staarden eenvoudigweg terug.” Duizenden gevangenen zijn in de maanden volgend op de bevrijding van het kamp alsnog overleden door de geleden ontberingen, ondervoeding, dysenterie of tyfus. Dat was zeer waarschijnlijk het geval met Hermann Kurt Hirschfeldt. De Baarnse verzetsstrijder Gerard van Vulpen staat in Bergen-Belsen geregistreerd als zijnde overleden op 31 mei 1945. Het kamp was een maand eerder door het Britse leger bevrijd. De overlevenden werden naar een nabijgelegen kazerne gebracht en de barakken werden platgebrand vanwege de luizen en om besmetting met tyfus te voorkomen. In de maand na de bevrijding stierven toch nog 14.000 overlevenden aan ondervoeding, uitdroging en tyfus. Eind mei is er een verzamellijst van gestorven gevangenen gemaakt.
De wereldbekende Amsterdamse Anne Frank en haar zus Margot overleden eveneens in Bergen-Belsen. In 2015, zeventig jaar na de oorlog, is er bij het voormalige kamp een tot dan toe onbekend massagraf ontdekt.